Houd rekening met het milieu. Print niet meer dan nodig is.
Ga terug
Klantvriendelijk telefoneren: 10 tips
Laat de telefoon niet te lang overgaan. Neem op voordat hij drie keer is overgegaan.
Neem op met een groet, bijv. “Goedemiddag” en zeg pas daarna je naam. De beller
verstaat hierdoor je naam beter.
Praat met een glimlach, dit heeft een positieve invloed op je stem.
Onthoud of noteer de naam van de beller en noem zijn/haar naam in het gesprek.
Spreek duidelijk en niet te snel.
Luister geïnteresseerd en maak eventueel aantekeningen.
Vertel wat je gaat doen: doorverbinden, terugbellen etc.
Vermeld ook naar wie je doorverbindt, wie terugbelt, wanneer etc.
Geef de naam van de beller door aan je collega als je doorverbindt.
Vertel aan je collega ook waarover er gebeld wordt zodat de beller niet nogmaals zijn/haar
verhaal hoeft te doen.